Vijf­en­ze­ven­tig pro­cent ne­ven­ta­ken, deel 4 (van 10): 'De burn-out-maatschappij: een verkapt Thermodynamica-probleem?'

Van de invoering van het nieuwe onderwijsmodel, online toetsen en de SDG’s die in het curriculum komen, tot Reisbalans en onderling omgaan met kritiek. Wilco Bouwhuis, docent technische natuurkunde, schreef een opinie van 16.000 woorden over alles wat hem bezighoudt op Saxion. In deel 4 (van 10), vertaalt hij de ‘macht van de bedrijfsvoering’ naar het hoger onderwijs en Saxion. “Ik merk dat ik de afgelopen jaren steeds meer tijd ben gaan besteden aan het pleasen van managers en andere afdelingen – en ik word er uitgeput van...”

In het vorige deel beschreef ik wat een overload aan ‘opgelegde communicatie over het werk’ en een overload aan verschillende afdelingen kan veroorzaken bij de mens en sloot af met het woord ‘burn-out-maatschappij’. Ik zie een versplinterde opzet van bedrijven en instanties (inclusief scholen), waar marketing en imago overbelangrijk zijn geworden, als een heel belangrijke oorzaak van de grote hoeveelheid burn-outs die momenteel heerst in onze samenleving; de burn-out is gewoon een pandemie aan het worden, we worden ziek van ons eigen systeem.

Een burn-out is complex, vaak een combinatie van werk- en privé-invloeden, niet mijn specialiteit ook, en mogelijk niet te generaliseren, maar ik vind het zeer onterecht wanneer instanties de oorzaak van een burn-out volledig bij de, vaak juist gepassioneerde en serieuze, werknemer zelf neerleggen. Als je voorgaand vergelijk met de CPU’s volgt, dan is het namelijk heel goed verklaarbaar dat het functioneren van een uitvoerend personeelslid in zo’n systeem vooral wordt afgemeten aan hoe hij/zij andere personeelsleden tevreden stelt, en niet aan hoe hij/zij zijn/haar eigen taak uitvoert.

Dat zijn twee totaal verschillende beoordelingsaspecten. Alleen kijken naar het tweede creëert misschien asociale werknemers, maar focussen op het eerste creëert wellicht nog wel erger: afstomping all over the place. En afstomping is eigenlijk ook asociaal: ‘Ach, het heeft toch geen zin wat ik zeg, zoek het allemaal maar uit’.

Afgestompt personeel ontloopt de gezamenlijke verantwoordelijkheid. Ik zie steeds het schrikbeeld voor me dat de mensen die juist uitstekend hun werk doen binnen hun eigen CPU (zij die dus voorheen de perfect functionerende werknemers waren, ook volgens de cijfers/statistieken) nu júíst een negatieve beoordeling krijgen, omdat er volgens de procesmanager meer energie besteed moet worden aan de communicatie naar andere afdelingen.

Klagen over anderen werkt

Want dat is ook nog een bijgevolg van dit zieke systeem: klagen over anderen werkt. Niet alleen bedrijven gaan met hun imago aan de gang, het personeel zelf ook, dat hoort ook bij afstomping: praten, praten, praten, allemaal naar anderen wijzen, maar daadwerkelijk iets doen...? Maar nu komt het: natuurlijk kun je met iedereen over meningsverschillen praten, dat zal elk bedrijf zeker willen uitstralen. Maar wel alleen binnen je computerkast, binnen je eigen moederbord.

Vanaf een supercomputer heb je namelijk geen directe verbinding met de opdrachtgever, eenmaal runnende, dan kan er niet meer ingegrepen worden. Alleen de CPU-master kan ingrijpen (via CTRL-C zeg maar). Je kunt als CPU dus niet gelijkwaardig met de operators een gesprek voeren over een dergelijk meningsverschil, als CPU kun je de operators niet aanspreken – alleen andersom!

In menselijke taal: de managers die het systeem bedacht hebben, die spreek je niet, die zitten vaak zelfs totaal ergens anders dan op de werkvloer. Gevolg: je botst vooral met de collega’s van de andere afdelingen, die op hun beurt óók weer gewoon hun werk doen. De veroorzakers van de problemen zijn in de praktijk onbereikbaar – in coronatijd zaten zij het eerst veilig thuis achter hun beeldschermpje.

Bij een recente studiedag gaf een percentage van, naar ik mij herinner, 25 procent aan uit ‘anxiety’ bij die studiedag te zitten: ‘omdat het nu eenmaal moet’. Daar geen dus twee dingen mis: omdat zo’n studiedag, met daarin soms de gekste praatjes en de gekste opdrachten, op autoritaire manier wordt opgelegd, creëer je a) angst, en b) tegenzin. Gij zult naar dit gastpraatje luisteren.

Ik merk dat ik de afgelopen jaren steeds meer tijd ben gaan besteden aan het pleasen van managers en andere afdelingen – en ik word er uitgeput van. Helemáál schadelijk is het wanneer dan de tevredenheidscijfers tegenvallen, zoals je zelf al voorspeld had toen er nieuw beleid werd doorgedrukt, en je dan alsnog op het matje moet komen bij het management en Kwaliteitszorg om die cijfers te verklaren en verbeteren (het minorenbeleid is daar een goed voorbeeld van), het is gewoon mensonterend.

Koploper in burn-outs

Ja, het onderwijs is één van de aan kop lopende bedrijfstakken op het gebied van burn-outs, en naast het onderwijs valt in het nieuws te lezen dat eigenlijk alle maatschappelijk essentiële bedrijfstakken koploper zijn in burn-outs. Zeg maar gerust: alle bedrijfstakken waar een maatschappelijke druk op ligt, en die telkens aan de tand gevoeld (moeten) worden.

Of, deze las ik ook nog ergens, kijk zelf maar hoe je ‘m plaatst: ‘Overal waar empathen moeten samenwerken met narcisten’. Die essentiële bedrijfstakken som ik maar even niet op, want dan krijg je weer de discussie dat er bedrijfstakken zich gepasseerd voelen, omdat zij niet ‘essentieel’ genoemd worden, maar het onderwijs is er zéker één van. De zorg is een ander prevalent voorbeeld met een dergelijke cultuur. Een hele hoop managers en amper uitvoerend personeel. Vertel mij, wat is nu oorzaak, wat is nu gevolg als het neerkomt op personeelstekort in de zorg?

Overigens spreek ik nu niet vanuit mijzelf: ik heb geen burn-out, ik heb een burn-on, zo noem ik dat, ik ben nog wel eens héél érg betrokken bij mijn werk, tegen wil en dank, en ik heb wel eens de neiging om frustraties van collega’s over te nemen en op hoge poten bij het management aan te kloppen uit een soort gevoel van onrecht.

‘Laat het los’ is het advies dat ik dikwijls krijg, en dat is ook terecht, voor het eigen geluk – maar het is wel allemaal aanpassing aan een in mijn ogen toxisch systeem. Als je een bedrijf bent geworden waar ‘goed functioneren’ gelijk staat aan zoveel mogelijk in de pas lopen naar de andere afdelingen en waar je je gezonde mening niet meer mag verkondigen (vanuit je rol of als mens), schrijf jezelf dan maar meteen af. Een bedrijf is pas echt verloren als ze de gepassioneerde mensen stil weten te krijgen onder de mantel van ‘correct gedrag’ en ‘positieve intentie’.

Een stukje thermodynamica

Ik zei het al, ik ben geen burn-out-expert, ik ben technisch natuurkundige. Maar misschien kan ik een burn-out een beetje uitleggen aan de hand van een stukje thermodynamica. Dat is meteen even een natuurkundig duurzaamheidslinkje – ik ken zomaar wat mensen die bij het woord ‘duurzaam’ in plaats van ‘mensonterend’ opeens wel gaan luisteren, haha.

Ik zou ‘de Wet van Amdahl bij mensen’ bijna* de Tweede Wet van de Thermodynamica kunnen noemen: elk(e) proces(sor) genereert entropie, dus chaos. Als je met vijftig processoren 1+1 oplost, genereer je naast een klein beetje zinvolle arbeid, de oplossing, vooral heel veel zinloze warmte, de communicatie over-en-weer, en dat is onomkeerbaar (irreversibel); het is letterlijk verloren energie die je nooit meer kunt terugwinnen.

Een kritische student vroeg mij afgelopen kwartiel of al die moeite aan een duurzame samenleving netto niet meer energie kóst (of: entropie levert) dan wat het oplevert (of: de entropie in het universum klein zou houden). Met andere woorden: zijn punt was dat we misschien wel zóveel aandacht aan duurzaamheid besteden, dat al die ontwikkelingen uiteindelijk meer ellende (entropie) veroorzaken dan we zouden beleven als we niets aan duurzaamheid zouden doen.

Tja, misschien is dat zo, ik snap goed wat hij bedoelt, ik kan de toekomst niet voorspellen, ik vind sommige zaken in het kader van duurzaamheid behoorlijk doorschieten inderdaad, maar uiteindelijk doen we op het vlak van aardebehoud ook maar wat we denken dat goed is. Nouja, ‘we’ – sommigen dan.

Specifieke afdelingen kunnen heel goed weten wat ze doen, maar misschien is ‘het geheel’ ook op dit punt wel een beetje de weg kwijt. Netcongestie, het overvol zijn van het elektriciteitsnet op bepaalde momenten, met grootschalige stroomuitval tot gevolg, is een voorbeeld van dat inderdaad niet altijd het goede gedaan wordt op het gebied van de energietransitie (massaal zonnepanelen en windparken plaatsen was/is misschien toch niet zo verstandig).

Hetzelfde geldt misschien ook wel voor de mail- en informatieservers van onze school. Anders gezegd: je kunt op uiterst niet-duurzame manier de SDG’s perfect uitstralen op een school. Of: je kunt fantastische LEAN-statistiekjes per afdeling (CPU) leveren en alsnog een heel slechte bedrijfsvoering met uiteindelijk heel slecht onderwijs hebben.

*Ik zeg bewust ‘bijna’, want ik geef zelf Thermodynamica aan onze studenten en één van de dingen waar ik ze typisch op wijs is dat die Tweede Wet nog al eens ‘misbruikt’ wordt voor statements buiten de natuurkunde. Bijvoorbeeld om een maatschappij te omschrijven die almaar chaotischer en chaotischer wordt, volgens de Tweede Wet, alwaar die wet helemaal niet zomaar toegepast mag worden op een maatschappij in plaats van op een fysisch systeem met microdeeltjes. Tja, ik ben natuurkundige, geen marketeer, dus ik zeg dat maar gewoon eerlijk. Als ik nog een tip mag geven over ‘populair’ maatschappelijk gebruik van de Tweede Wet van de Thermodynamica: de band Muse heeft hier veel muzikaal verstand van.

Wilco Bouwhuis

Wilco Bouwhuis (37) is in 2015 gepromoveerd op het gebied van de vloeistoffysica en is nu 8 jaar fulltime werkzaam bij Saxion als Docent/Onderzoeker bij Technische Natuurkunde. Binnen deze opleiding heeft hij de rollen Curriculumcommissie, Kwaliteitszorg, Roostering en Opleidingscommissie in zijn takenpakket.

Gerelateerde artikelen

Vijfenzeventig procent neventaken, deel 3 (van 10): ‘De Wet van Amdahl toegepast op mensen’

Van de invoering van het nieuwe onderwijsmodel, online toetsen en de SDG’s die in het curriculum komen, tot Reisbalans en onderling omgaan met kritiek. Wilco Bouwhuis, docent technische natuurkunde, schreef een opinie van 16.000 woorden over alles wat hem bezighoudt op Saxion. In deel 3 (van 10), gaat hij dieper in op de ‘macht van de bedrijfsvoering’. “Alles moet dichtgetimmerd worden en je wordt de hele dag gecontroleerd en dus beoordeeld, door allerlei verschillende organen die er vroeger niet waren.”

Vijfenzeventig procent neventaken, deel 2 (van 10): ‘Epilepsie en De Wet van Amdahl’

Van de invoering van het nieuwe onderwijsmodel, online toetsen en de SDG’s die in het curriculum komen, tot Reisbalans en onderling omgaan met kritiek. Wilco Bouwhuis, docent technische natuurkunde, schreef een opinie van 16.000 woorden over alles wat hem bezighoudt op Saxion. In deel 2 (van 10), beschrijft hij hoe hij vanuit natuurkundige achtergrond rollen en afdelingen gaat vergelijken met computerprocessoren. “Ik haal me een bekend plaatje voor de geest van één putjesschepper die het werk doet, met veertien mensen eromheen, die vooral kijken of de putjesschepper het goed doet.”

Vijfenzeventig procent neventaken, deel 1 (van 10): ‘De aanleiding’

Van de invoering van het nieuwe onderwijsmodel, online toetsen en de Sustainable Development Goals die in het curriculum komen, tot Reisbalans en het onderling omgaan met kritiek. Wilco Bouwhuis, docent technische natuurkunde, schreef een opinie van 16.000 woorden over alles wat hem bezighoudt op Saxion. Dit is deel 1 (van 10), waarin hij de aanleiding voor zijn stuk beschrijft. “Er gaan dingen goed mis in hbo-land momenteel, dus ik voel de drang om iets te doen.”