In het lectorenplatform werd onlangs de bekritiseerde samenwerking van het Blockchain-lectoraat met Bitcoin Association besproken. Uitkomst: er is duidelijk beleid nodig. Met wie kunnen lectoren en onderzoekers zich verbinden en onder welke voorwaarden? Dat beleid moet er dit jaar nog zijn.
Hans Vossensteyn, directeur Research & Graduate School, neemt die taak op zich en zal, samen met de Ethische Advies Commissie en Vertrouwenspersonen (SEAC), een protocol schrijven. Aanleiding is de SaxNow-publicatie over de gezamenlijke massive online courses (MOOC’s) van het lectoraat Blockchain met Bitcoin Association. Over de inhoud van de MOOC wil Vossensteyn zich, net als eerder, niet uitlaten. "En ook in het lectorenplatform zat lector Jan Veuger niet op de schopstoel", aldus Vossensteyn.
Controverse
“Maar, dat er controverse is rondom de samenwerking, daar hoeven we ook niet onduidelijk over te doen”, zegt Vossensteyn. “Dit is gewoon niet handig gelopen, terwijl de samenwerking binnen het lectoraat wél twee keer intern door procedures is gegaan en zelfs in het CvB is besproken. Daarom vroeg collegevoorzitter Anka Mulder mij na de SaxNow-publicaties: Hans, zorg dat integriteit van ons onderzoek beter op de radar komt. En de lectoren willen dit gesprek óók aan. Breed zie je dat Saxion vindt: we moeten hiervan leren om in de toekomst transparantere en meer bewuste keuzes te maken in welke activiteiten wij met en voor bedrijven en instellingen kunnen doen, en hoe die vorm te geven.”
Kinderschoenen
Vooral op het gebied van interne controle, de checks-and-balances, ontstond discussie in het platform, zegt Vossensteyn. Hoe kunnen lectoren hun interne procedures verbeteren? “Want de goede verstaander hoort ook wel dat deze samenwerking met de MOOC als uitkomst niet onverdeeld als ethisch juist wordt gezien”, aldus Vossensteyn.
En dat is – benadrukt hij – zonder vingerwijzen. “Je ziet gewoon dat onderzoek op hogescholen nog in de kinderenschoenen staat. Lectoraten kunnen zelfstandig partnerschappen aangaan en dat doen ze ook. Sterker: dat wordt van ze verwacht. Maar je ziet dat er handvaten nodig zijn om bij de partnerkeuze en de samenwerkingsvoorwaarden moreel en ethisch verantwoorde beslissingen te nemen. En dat we ervaring moeten opbouwen: wat doen we wel en wat doen we niet.”
Toegevoegde waarde
Want, onderzoek op een hogeschool heeft per definitie raakvlakken met de samenleving, bedrijven en maatschappelijke instellingen. “Op een universiteit is de grens duidelijker, want de afstand is groter”, zegt Vossensteyn. “Bij ons is een project vaak succesvol als we iets maken waarmee een bedrijf of instelling verder kan. Maar dat betekent niet dat we promotiemateriaal maken. En ik vind dat we wel degelijk moeten kijken naar onze voorgenomen partners. Zijn ze negatief in het nieuws, dan straalt het op ons af. Natuurlijk, je kunt samenwerken met een bedrijf als Shell, maar zorg dan wel dat wij maatschappelijk toegevoegde waarde leveren. Misschien kunnen we helpen met het vergroenen van zo’n bedrijf.”
Dit soort overwegingen moeten breder dan alleen binnen een lectoraat, is de conclusie. En op basis van beleid en een protocol. “Het komende half jaar neem ik om informatie te verzamelen en zo’n protocol te schrijven”, aldus Vossensteyn.
Het Blockchain-lectoraat was niet bereikbaar voor commentaar